Traject en evaluatie

Op dit deel van de website geef ik de planning weer van het traject dat afgelegd werd in de klas. Het project werd gestart in januari 2020 en werd uitgetest tot in maart 2020. Door de uitbraak van het Covid19-virus werd het traject vroegtijdig stopgezet. Het traject van Breinhelden startte 20 januari. Het traject rond de aanpassingen in de klaswerking startte 6 januari.

De uitleg bij de activiteiten van Breinhelden zijn te raadplegen in 'Breinhelden groep 1 en 2' en 'Breinhelden groep 3 en 4' (Smidts & Huizinga, 2018). De uitleg omtrent de interventies in de klas is te vinden op deze website bij 'Executieve functies versterken'.

De conclusies van de uitgeteste zaken werden getrokken na tien weken praktijkonderzoek. Bij het onderdeel 'evaluatie' staat per executieve functie neergeschreven welke effecten de uitgevoerde activiteiten en interventies hadden in de rode klas, speelleerklas type basisaanbod. Deze staan omschreven in de subpagina's van deze webpagina. De evaluatie van de kritische blik op de klasinrichting staat onderaan deze pagina. Bij 'algemene evaluatie aanpassingen' geef ik een algemeen antwoord op de onderzoeksvraag wat betreft de aanpassingen in de klaswerking. Het algemeen antwoord op de onderzoeksvraag wat betreft de methode 'Breinhelden' staat neergeschreven bij 'evaluatie Breinhelden'.

Traject Breinhelden

Traject aanpassingen klaswerking

In de tabel hieronder kort ik de executieve functies als volgt af: werkgeheugen (WG), cognitieve flexibiliteit (CF), responsinhibitie (RI) en emotieregulatie (ER). De gezelschapsspelletjes en smartgames werden gedurende de verschillende weken ingezet waardoor ze niet in de tabel staan. Ik startte er de eerste week mee. "Ik voel, ik denk, ik doe" kenden de kinderen al waardoor dit ook niet is opgenomen in de tabel. Week 7-8-9-10 heb ik even geen nieuwe zaken toegevoegd, omdat ik voelde dat er even tijd nodig was om aan alles te wennen.

Evaluatie klasinrichting

In mijn klas werkte ik aan mijn klasinrichting door volgende interventies uit te voeren:

Werkboekjes van rekenen en taal liggen voortaan in de leerlingen hun bank in plaats van op een centrale plaats. Na het invullen ervan worden de ze op de afgesproken plaats gelegd. Dit maakt dat ik enerzijds zelf meer ruimte heb, maar ook dat er anderzijds tijd gewonnen wordt wanneer alle leerlingen hun eigen boekje uit hun eigen bank kunnen nemen.
Simultaan met het praktijkonderzoek heb ik ook mijn klaswerking gedeeltelijk veranderd. Hiervoor heb ik de banken van de leerlingen in groepjes gezet. Ik heb gelet op logische looproutes in de klas en er aandacht aan gegeven dat je overal vlot door kan. Ik merkte door hier op voorhand goed over na te denken, een plannetje uit te tekenen en uit te proberen, dat ik vrij snel de juiste opstelling had gevonden die nadien ook bleek te werken.
Tekeningen van de leerlingen werden verplaatst naar een prikbord achteraan in de klas in plaats van vooraan. Voordien kreeg ik soms in het midden van de les de vraag wie welke tekening gemaakt had. Dat is nu verleden tijd.
De werkruimte van de leerlingen is vaak afgebakend als één bank. Bij de grote tafel heb ik tape aangebracht om de tafel in twee delen te verdelen. Dit zijn dan ook twee aparte hoeken in de klaswerking en met de tape wordt dit visueel duidelijk gemaakt. Het zorgt ervoor dat de leerlingen met hun materiaal in hun eigen hoek blijven en dat ze goed weten welk materiaal bij hun hoek hoort. Het is voor hen dan ook duidelijk wie in welke hoek aan het spelen is en waar nog ruimte vrij is.