Gewoonte maken om in de klas/in de kring pas iets te vertellen i.p.v. in de gang of in de rij

Leerlingen leren dit snel en denken er vaak al zelf aan als ze willen beginnen met vertellen of ze herinneren elkaar hieraan. Ik geef ook aan dat ik in de kring echt tijd heb voor hen om goed naar hen te luisteren en dat dit in de gang vaak niet het geval is. Zo leren ze ook de reden hierachter.

 

Vertelstok

Zelf koos ik voor een ritmestokje als vertelstok. Een knuffel is ook fijn, maar hier is meer kans dat ze hieraan gaan prullen en hierdoor afgeleid zijn van hun verhaal. De vertelstok kan heel gemakkelijk geïntegreerd worden en hij werkt zeer goed bij mij in de klas. Ik gebruik hem bij het vertellen in de kring. De leerlingen onderbreken elkaar bijna niet meer en maken elkaar erop attent. Een eenvoudige verwijzing naar de vertelstok is genoeg als iemand toch eens iemand anders onderbreekt. Door het zien van de stok bij een ander kindje, worden ze er visueel aan herinnerd dat dit het moment is om te luisteren.

​

Verkeerslicht

Het verkeerslicht zet ik in bij zelfstandig werk en bij het werken in hoeken. Bij mij was het vooral een handige tool als je even onverdeelde aandacht wil schenken aan enkele leerlingen. Ik zet het licht enkel op oranje of rood als ik weet dat de leerlingen hun werk zeker kunnen en kleine zaken bij elkaar kunnen bevragen. Door het visuele ervan, kan ik er eenvoudig naar verwijzen waardoor ze al snel weten dat dit niet de tijd is om vragen te stellen aan de juf.

​

Spiegelspraak

Spiegelspraak vond ik zelf het moeilijkste om te integreren. Ik moest er zelf veel aandacht aan besteden om op deze manier mijn opmerkingen te formuleren, omdat het toch een andere manier van communiceren is. Als ik het gebruik, merk ik voor mezelf en de kinderen een duidelijk verschil. Kinderen lijken zich meer begrepen te voelen, je 'straft' ze minder af op kleine dingen. Het komt veel minder belerend over. Soms mag dit wel, maar voor het overgrote deel van je opmerkingen kan je op deze wijze te werk gaan. Hierdoor gaan leerlingen gestimuleerd worden zelf hun gedrag aan te passen en dit ook door te hebben dat dit van hen verwacht wordt.

​

Ik voel, ik denk, ik doe

Dit werd in het begin van het schooljaar al aangeleerd tijdens de lessen sociale vaardigheden. Het is een enorm handige tool om kinderen tot rust te laten komen, te doen nadenken, te kalmeren... De arm- en handbewegingen erbij zorgen ervoor dat het visueel wordt en dat kinderen gestimuleerd worden tot voelen, tot denken en tot actie ondernemen. Hier moet wel goed op geoefend worden. Wij herhaalden dit wekelijks waardoor de kinderen het goed kennen.

​

Denktijd

Dit heb ik pas ingezet wanneer ik de nood ertoe voelde. Ik heb één leerling die vaak zijn vinger al opsteekt zonder het antwoord te weten. Hier gebruikte ik het rijmpje 'denk na en zeg het antwoord pas daarna' voor. Op deze manier leerden ook de andere kinderen het kennen. Als ik het nu gebruik, weten de leerlingen perfect wat ik bedoel. Het maakt dat leerlingen even stilstaan en terug nadenken over hun antwoord. 

​

Zintuigen

Het zintuigenblad hangt sinds de opstart ervan standaard aan mijn bord. In het begin zette ik het in bij elke activiteit. De leerlingen leren snel welke zintuigen ze mogen gebruiken bij welke soort activiteit. Daarna heb ik het vooral ingezet wanneer ik dit zelf nodig achtte: een nieuwe activiteit, een drukkere activiteit, wanneer ze veel babbelen... Door het visuele ervan, kan je hier ook eenvoudig naar terugverwijzen als kinderen toch babbelen, niet luisteren of niet doen wat verwacht wordt. Je kan de leerlingen de zintuigen zelf laten hangen en wegnemen waardoor de betrokkenheid weer vergroot. 

​

Hulpmiddel inzetten waarmee de kinderen kunnen aangeven dat ze hulp nodig hebben 

Dit heb ik vooral gebruikt bij het werken in hoeken. De leerlingen waren er snel mee weg, maar voor mezelf is het wel aanpassen omdat een blokje op de bank minder zichtbaar is dan een vinger in de lucht. Als ik niet direct kom, weten ze dat ze hulp mogen vragen aan een andere leerling (zoals bij het oranje licht) of mogen doorgaan met datgene wat ze wel kunnen. Het is een simpele tool maar heel handig om kinderen te leren eventjes door te werken met datgene wat ze wel kunnen. Dit is niet voor elke leerling even gemakkelijk, dit vraagt dan ook wel wat flexibiliteit naast de impulscontrole.

​

Gezelschapsspelletjes

Halli Galli Junior: Dit is een ideaal spel om kinderen hun impulsen te leren onderdrukken. Ze moeten op de bel drukken als ze dezelfde kleur van clown zien én als die vrolijk is. Dit vraagt heel wat impulscontrole van de kinderen. Naargelang ze het spelletje meer spelen, kunnen ze de impulsen beter onderdrukken.

Speed Cups: Snel zijn is de boodschap, maar niet te snel. Dat is soms moeilijk! Ook hier kan je 'Denktijd' inzetten. De kinderen leren hun impulsen controleren en op een rustige, correcte manier de bekers neer te zetten.

​