Executieve functies versterken
We kunnen op twee manieren executieve functies versterken. Enerzijds via aanpassingen in de omgeving en anderzijds door het kind aan te leren hoe hij zijn gedrag, gedachten en emoties efficiënter kan aansturen.
Aanpassingen in de omgeving
Deze manier zorgt ervoor dat de EF van de kinderen minder belast worden. Op deze manier wordt het gemakkelijker om gedrag aan te sturen. Voorbeeld: Belangrijke zaken hebben een vaste plaats. Dit draagt niet bij tot geheugenversterking maar zorgt er wel voor dat de EF minder belast worden. (Smidts & Huizinga, 2018)
Aanleren hoe het kind zijn gedrag, gedachten en emoties efficiënter kan aansturen
Op deze manier maak je de EF sterker door te oefenen. Deze kinderen hebben hulp nodig om te leren hoe ze hun gedrag beter kunnen aansturen. Voorbeeld: Stap voor stap aanleren hoe je de boekentas klaarmaakt voor een nieuwe schooldag, aan de hand van spelletjes inhibitie inoefenen… (Smidts & Huizinga, 2018)
Het is belangrijk dat het kind intrinsiek gemotiveerd is om zo een gedragsverandering te bekomen. Positief aanmoedigen is hierbij noodzakelijk. Het kind moet het echt zelf willen. Beloningssystemen om leerlingen te motiveren de vaardigheden te gebruiken die hen moeite kosten, zijn ook een belangrijke factor in het versterken van executieve functies. (Smidts & Huizinga, 2018)
​
Didactische aanknopingspunten (Feryn, 2017)
-
Trainingen voor het versterken van executieve functies richten zich op specifieke vaardigheden, maar de transfer naar het dagelijks leven is vaak beperkt. Daarom is het nodig dat je in de dagdagelijkse klaspraktijk ook geïntegreerd werkt aan executieve functies. Executieve functies staan altijd in relatie met de context.
-
Het is van belang dat kinderen samenwerken zodat er wederkerige gedragsregulatie kan gestimuleerd worden.
-
Zorg voor externe hulpmiddelen of tools. Deze kan je geleidelijk aan afbouwen (scaffolding).
-
De ontwikkeling van executieve functies kan gestimuleerd worden door specifieke bewegingsactiviteiten. Beweging leidt tot verandering in de prefrontale cortex in de hersenen, deze wordt sterk geassocieerd worden met executieve functies.
​
De afstemmingsinstrumenten: plannen, tijd, herhalen en denkhouding
Geen enkele interventie zal op zichzelf grote resultaten brengen. Als je ze gebruikt in een optimale mix, dan zorgen ze wel voor een steunende omgeving voor de kinderen. Plannen, tijd, herhalen en denkhouding zijn afstemmingsinstrumenten die duwtjes geven die het leren en presteren van leerlingen kunnen verbeteren. Plannen gaat om de tijd nemen om de problemen van een kind of een groep kinderen boven de tafel te krijgen en van daaruit verandering te plannen. Het is niet belangrijk harder te werken, maar slimmer te werken, hiervoor is planning noodzakelijk. Ook is het belangrijk dat er voldoende tijd wordt vrijgemaakt om belangrijke executieve vaardigheden te demonstreren en de leerlingen ermee te laten oefenen. Herhaling is goed voor het langetermijngeheugen, maar het zorgt ook voor het ontwikkelen van automatismen voor routines. Dankzij herhaling mogen leerlingen ook falen. Daarna kunnen ze hierover nadenken en het opnieuw proberen. Een positieve, steunende denkhouding is belangrijk en hiermee schep en onderhoud je een positieve EF-slimme klascultuur. (Cooper-Kahn & Foster, 2014)
​
De informatie die hier omschreven werd, geldt voor het versterken van elke executieve functie. Verder in dit onderdeel wordt er per executieve functie nog aangegeven hoe je deze specifiek kan versterken waarbij er telkens ook interventies voor in de klas beschreven worden. Deze interventies leunen op bovenstaande principes én de specifieke manieren om de executieve functies te versterken. Een manier om het geheel van executieve functies te ondersteunen is ook kritisch kijken naar je klasinrichting. Dat komt hieronder aan bod.
​
Klasinrichting
Het is belangrijk om de inrichting van je klas kritisch te bekijken naar orde en toegankelijkheid. Bekijk of het materiaal binnen handbereik ligt en of bepaalde materialen niet beter opgeborgen kunnen worden. Zijn er duidelijke paden voor het rondlopen van de leerlingen? Versterkt of verzwakt het meubilair de natuurlijke stroom tijdens overgangen? Ook de muren worden kritisch bekeken. Alle informatie op de muur moet verwijzen naar de belangrijkste taken en de organisatie. Werk van leerlingen of inspirerende posters hangen best achteraan, waar de focus van de leerling tijdens de uitleg niet is. Om hun aandacht te kunnen richten laten we kinderen werken en spelen op een duidelijke afgebakende plaats zoals een tafel, een matje, een dienblad... De materialen waarmee gewerkt worden, moeten op deze plaats blijven liggen. (Cooper-Kahn & Foster, 2014)